maandag 28 maart 2011

Kees Prins, Michiel Romeyn en Herman Koch gaan lekker ravotten

Debiteuren1

Michiel Romeyn, Kees Prins en Herman Koch zien optredens als een uitje

Jiskefet: eigen lol eerst

DOOR MARK ROOS
In bijna elk interview krijgen de drie heren van Jiskefet dezelfde vraag: of ze ooit nog eens een komisch televisieprogramma gaan maken. Sinds de drie in 2005 besloten om na vijftien jaar de stekker uit het televisieprogramma te trekken, is er tenslotte niets op humorgebied op de Nederlandse televisie geweest dat Jiskefet heeft doen vergeten. Hoewel de heren het eigenlijk wel eens zijn met die stelling, is Kees Prins de beroerdste niet om alle hoop de grond in te boren. ,,Of we ooit nog wel eens denken aan een comeback als Jiskefet op tv? Eigenlijk niet.'' Michel Romeyn: ,,Het tv-landschap is wat mij betreft zo ongehoord vervelend geworden. Tegenwoordig moet je allerlei plannen ter goedkeuring voorleggen aan een netmanager die er ook geen verstand van heeft en zonder argumenten je idee kan afwijzen. Die eer houden we graag aan onszelf.''
Herman Koch: ,,Los daarvan moet je jezelf afvragen wat je nog toe kunt voegen aan wat je al hebt gemaakt voor tv. Het voordeel van het werken aan een liveshow in een grote zaal als de HMH is dat het compleet anders is dan het televisiewerk, zodat je ongegeneerd je oude jasje weer aan kunt trekken en weer lekker gek kunt doen. Je gaat weer lekker Debiteuren/crediteuren doen, maar niet met de druk om twaalf tv-afleveringen van zoveel minuten te maken.''
Jiskefet2 Na hun Jiskefet-periode zijn Koch, Prins en Romeyn hun eigen weg gegaan. Zo schreef Koch twee succesvolle romans en acteerden Prins en Romeyn in tal van succesvolle speelfilms en televisiedrama's. Koch: ,,In onze televisietijd was de druk om wekelijks met iets te komen soms zo hoog, dat het soms wel echt werk leek. Nu besteden we zes weken aan een reeks liveshows, en voelt het meer als een tussendoortje, uitje. Als we dit fulltime, acht maanden zouden moeten doen, zouden we het waarschijnlijk al een stuk minder leuk vinden.''

Lullo's Samen met de lullo's hoort Debiteuren/Crediteuren tot de succesnummers uit het oeuvre van Jiskefet. Zoals de Lullo's de joviale begroeting 'Heee lul' introduceerden in de Nederlandse taal, zo werd de begroeting 'goeiesmorgens' en de uitroep 'toedeledokie' uit Debiteuren/Crediteuren gemeengoed op menig kantoor. Edgar de naïeve stuntelaar, Jos de bijdehante pestkop, Storm de door adrenaline aangedreven macho en de lichtelijk onnozele juffrouw Jannie : ze behoren inmiddels tot de topstukken uit het omroepmuseum.
Hoe deze kantoortypes precies gaan figureren in een grote muzikale show in een immense muziekhal, laten de drie heren graag in het midden. Feit is dat Jiskefet tijdens de shows gebruik zal gaan maken van een showballet, een liveband en immense videoschermen. ,,Het wordt toch zoiets als U2 op tournee,'' grapt Michiel Romeyn in de repetitieruimte van de heren met daarin een lange tafel met stoelen, een oude chesterfield en een groot wandbord met daarop briefjes met losse aantekeningen als 'gesmoorde kreet', 'jazz-act' en 'Oboema danst'. Romeyn: ,,Ik vergelijk het proces waarin we nu zitten met het uitgraven van een oude mammoet met kwastjes en schepjes. Jiskefet is toch een beetje een oude, verroeste roeiboot die het nog prima doet. En we hebben een onmetelijke put met 16 jaar ervaring en 16 jaar verschillende karakters om uit te scheppen; een kist boordevol poppenkastpoppen. Maar we maken alles nieuw. We gaan geen oude nummers herhalen. Mick Jagger kan het zich veroorloven om op zijn 70ste Under My Thumb te zingen. Wij zouden dat op zich ook kunnen, maar vinden dat een beetje flauw.''
Prins: ,,Het gaat een vrolijke bonte avond worden, met veel liedjes, acts en sketches. Vorig jaar noemden we de shows concerten, dit jaar vonden we dat we dat niet weer konden doen dus hebben we het maar musical genoemd. Terwijl we eigenlijk gewoon iets soortgelijks gaan doen als vorig jaar, hoewel er wel her en der wordt gerefereerd aan de musical.''
Koch: ,,De gedachte is toch ook een beetje dat de musical het ultieme personeelsuitje is op veel kantoren. Intens genieten van die prachtige muziek en dat prachtige verhaal.''
Prins: ,,Wat je in april zal gaan zien is een nieuwe show met oude figuren en bekende situaties. We hoeven niet eindeloos meer te puzzelen over welk soort types we willen spelen.''
Koch: ,,We hebben alledrie iets voor onszelf gedaan de laatste tijd, maar zodra we hier weer aan tafel plaatsnemen, is het gevoel er gelijk weer. Zo van: o ja, zo deden we dat. Het is verbazingwekkend hoe snel je die types weer onder de knie hebt.''

Hoe ontstaan die types?
Prins: ,,Eerst bedenk je een karakter of een stem, zodat je houvast hebt. Als je hebt bepaald hoe dat persoon precies in elkaar zit, kan je improviseren tot in het oneindige, omdat je weet hoe dat persoon reageert op bepaalde omstandigheden.''
Romeyn: ,,Je kunt vanuit het karakter maar ook vanuit de situatie denken. Zo speelden we vandaag nog een situatie met twee oude homoseksuelen op een klein kamertje, en dat kwam gelijk tot leven. Inspiratie heet dat. Zien. Kijken. Ik zag twee van die oude homo's bij La Cage Aux Folles en dacht bij mezelf: hé, dat soort oude types zie je zelden meer. Zo'n oude dameskapper met zijn vriend. Albert Mol, maar dan ouderwets ordinair.''
Prins: ,,Als je ons heel goed zou kennen, zou je sommige van onze types kunnen herleiden naar mensen die we kennen, maar meestal is zo'n personage een samenstelling van verschillende indrukken. Een beetje van de stem van die, en de manier van doen van die.''
Koch: ,, Je gebruikt de intonatie van de ene persoon en de manier van koffie drinken van de ander.''

Jullie karakters verschillen nogal. Komt dat ook tot uiting in een duidelijke taakverdeling? Ofwel: wie doet wat in Jiskefet?
Romeyn: ,,Bij ons gaat het van olleke bolleke rebusolleke. De een roept wat, de ander roept wat terug, de derde gaat ermee aan de haal en de eerste maakt het weer af.''
Jiskefet1 Prins: ,,Ik denk dat we alledrie gelijkwaardig zijn. Ik denk dat dat ook een van de redenen van ons succes is: dat elk voorstel, hoe extreem en slecht ook, door de anderen op zijn minst een halve minuut serieus wordt aangehoord, alvorens het genadeloos wordt afgeserveerd. We hebben alle drie de kans een wezenlijke bijdrage aan dat wat het creatieve proces wordt genoemd. Het is moeilijk te determineren wie wat precies doet.''
Romeyn: ,,Het is een soort estafette. Een spelletje. Ik wil nog wel eens met een vracht ideeën binnenkomen. En dan scheppen die andere twee daar een beetje orde in.''
Koch: ,,Ik denk dat de meest gehoorde zin hier in deze ruimte is: 'weet je wat misschien wel leuk is?'. Een paar minuten later hoor je dan meestal 'Nee, weet je wat we moeten doen?'. En daar zit geen rolverdeling in. Elk idee wordt voortdurend voortgepingpongd.''

Is het werken van aan een liveshow veel anders dan het werken aan een tv-programma?

JiskefetHMH Romeyn: ,,Vorig jaar, bij die Lullo's in de Heineken Music Hall, kwamen we voor het eerst ons publiek tegen. Bij studio-opnames zaten er ongeveer 100 man in de zaal. En nu zaten er 4000 man.''
Koch: ,,Waarmee je overigens weinig contact hebt, want die zaal is echt immens. Met zo'n enorme bak moet je echt goed nadenken over hoe je het aanpakt, en wat je precies doet met die videoschermen, zodat iedereen wat te zien heeft.''
Romeyn: ,,Ik vond het doodeng om te doen, dat kan ik je wel vertellen. Maar het is fantastisch om eens lekker buiten de deur te pissen en iets heel anders te doen wat je gewend bent.''
Prins: ,,Michiel heeft wel eens Pinkpop gepresenteerd en ik heb wel eens gezongen in de Arena, maar toch; als je daar staat: het is zo'n enorme, abstracte groentehal. Je gaat automatisch groter spelen en meer herrie maken.''
Koch: ,,Je timing is ook iets anders. De tijd dat een grap de achterste rijen van de zaal heeft bereikt en de respons weer terug is bij het podium, vergt dat je soms wat anders moet timen.''

Denken jullie nog wel eens terug aan de begindagen van Jiskefet en jullie doorbraak?
Prins: ,,Ik denk dat onze doorbraak kwam toen we met publiek gingen werken. Die eerste twee seizoenen waren vooral filmpjes, daarna ontstond die vreemde mengvorm met publiek in de studio.''
Romeyn: ,,Toen kwam ook ons besef van het bestaan van een publiek. Zo van: ga nu eens niet iets doen dat alleen bestemd is voor de grachtengordel of studenten natuurkunde, maar doe iets dat een breed publiek leuk zou kunnen vinden. We kwamen er toen ook achter dat je absurde taferelen kunt laten plaatsvinden in alledaagse settingen, zoals bij voorbeeld het kantoor of het studentenhuis.''
Debiteuren2 Prins: ,,We hebben geen van drieën lange tijd op een kantoor gewerkt. Maar het is opvallend dat als je bedenkt hoe het er aan toe zou kunnen gaan op kantoor, het vaak ook grotendeels klopt. Het kantoorleven is kennelijk één groot cliché. Dat je bij jezelf denkt: ze zullen zich wel vervelen. Klopt! Ze zullen elkaar wel gaan jennen. Klopt! Ze zullen wel uitkijken naar de koffie. Hetzelfde geldt voor die lullo's. Mensen vragen wel eens of we daarvoor research hebben gedaan, omdat het zo goed klopt. Maar klaarblijkelijk hoeft dat dus helemaal niet, want de clichés blijken behoorlijk waarheidsgetrouw en raak te zijn.''
Romeyn: ,,Ik denk dat wij ons alledrie heel goed kunnen inleven in personages.''
Koch: ,,Een kwestie van observeren, inleven en ervan genieten. Naar mensen kijken, gedrag observeren, is toch leuker dan een roman lezen.''
Romeyn: ,,Ik zie het als een mengeling van voyeurisme en leedvermaak.''
Prins: ,,Hoe het er op kantoor aan toegaat, is eigenlijk behoorlijk cynisch.''
Koch: ,,Het is hard en gaat ver, maar omdat het zo dik is aangezet en zo over de top is, wordt het toch omarmd.''
Romeyn: ,,Het is toch een beetje het Youp van 't Hek-effect. Hij trapt hard aan tegen Volvobezitters en hockeymeisjes met plissérokjes, maar wordt er bijkans door doodgeknuffeld. Wij worden ook hogelijk gewaardeerd door corpsballen en kantoorlui.''

Waar kijken jullie met trots op terug?

Tampert Koch: ,,Tampert. Ik heb dat nooit teruggezien, maar toen ik het onlangs zag, was ik eigenlijk best onder de indruk. Al die stiltes, dat ritme: een soort omgekeerd schmieren, zeg maar. Wat opmerkelijk is dat Tampert populair is onder jongeren die het origineel, Derrick, niet kennen. Dat is wel bijzonder, vind ik.''
Romeyn: ,,Ik ben geneigd om helemaal niet terug te kijken, omdat het verleden altijd geïdealiseerd wordt en ik bang ben dat het tegenvalt. Maar wat ik de laatste maanden heb teruggezien, vond ik eigenlijk best goed.''
Prins: ,,Alleen op ons vroege werk, die allereerste jaren, ben ik niet echt trots. Daar zit veel troep tussen. Je kan echt zien dat we nog aan het zoeken zijn. Het is soms allemaal veel te flauw, plat en melig.''
Koch: ,,Voor ons had je ook nog Herenleed, Wim T. Schippers en Theo & Thea. Wij wilden daar echt iets aan toevoegen.''
Romeyn: ,,Ik vond het wel ergerlijk dat wij, omdat we opereerden in de absurdistische hoek, te pas en te onpas werden vergeleken met Monty Python. Terwijl ik helemaal niets heb met Monty Python.''
Koch: ,,Sommige dingen van Monty Python vonden we vooral goed gemaakt, maar het was niet zo dat we alles van ze bestudeerden of er helemaal weg van waren.''
Romeyn:,,Wij vonden het leuk om een klein brommertje met een gigantische pizzabak achterop, met een raar ventje met een enorm zwaard door het Amsterdamse bos te laten rijden, hard pizza cappriosa roepen. Absurd? Zeker! Het was voor ons leuk om te maken, dat had niets met Monty Python te maken.. Het was voor ons toch eigen lol eerst.''

Goeiesmorgens De Musical is van 1 t/m 7 april te zien in de Heineken Music Hall. Half april is de dvd-registratie te koop in de winkels. Voor kaarten en informatie: www.seetickets.nl

donderdag 24 maart 2011

Kamagurka ziet werk als ontspanning


Kamagurka maakt 24 uur lang iPadkunst in Stedelijk

DOOR MARK ROOS
 
Waarom zou je ouderwetse kwasten en linnen doeken gebruiken als je ook mooi kunt schilderen met een iPad? De Vlaamse performer, illustrator, cartoonist en kunstenaar Luc Zeebroek, beter bekend als Kamagurka, is er heel bedreven in geworden. Morgen om 12.00 uur zal hij zijn schilderkunsten op de iPad demonstreren tijdens een 24 uur durende performance in het Stedelijk Museum in Amsterdam.
,,Voor de iPad moest ik altijd zoeken naar een fax om mijn tekeningen te versturen naar kranten en tijdschriften," zegt de vriendelijke Vlaming. ,,Nu kan ik als ik onderweg ben zowel tekenen, schilderen als versturen. Met de app Sketch Pro op de iPad, die 1,75 euro kost, kun je met kleur werken en je penselen kiezen. Je kunt op de iPad schilderen met je vingers en met een speciaal pennetje. Je kunt digitaal tubes verf openen, kleuren mengen en je digitale materiaal - kwasten of borstels, olieverf of waterverf -  kiezen. En het resultaat dat uit de printmachine komt, op papier of canvas, valt absoluut niet tegen. Ik weet dat een kunstenaar als David Hockney al werken maakt op de iPad. En geloof me: de techniek is zo vergevorderd dat er meer zullen volgen.’’
De in Gent woonachtige Vlaming, bekend vanwege zijn humoristische werk voor onder meer NRC en Humo, denkt zox92n drie tot vier iPadschilderijen per uur te maken, wat neerkomt op 70 tot 90 schilderijen. Tijdens de performance in het Stedelijk zullen de prints geëxposeerd worden aan de muren van het Stedelijk. Na afloop, vrijdag om 12.00 uur stipt, verdwijnen de prints in een versnipperaar, waarmee de Vlaming wil aangeven dat alle kunst vergankelijk is. ,,Vrijdag arriveert een grote versnipperaar bij het Stedelijk en gaan we een heuse shredder party organiseren. Daarbij mag een glas gedronken worden. Vervolgens gaan de snippers in zakken naar het Glasmuseum in Leerdam, waar ze gecremeerd worden en in een achttal door mij ontworpen urnen terechtkomen. Die urnen worden vervolgens tentoongesteld en verkocht aan liefhebbers.''
Het is niet de eerste keer dat Kamagurka opzien baart in de wereld van de beeldende kunst. Zo spot de Vlaming geregeld met de kunstgeschiedenis, getuige het werk Bassie en Mondriaan uit 2008. In dat jaar werkte Kamagurka vrijwel non stop aan zijn Kamalmanak, waarbij de kunstenaar elke dag een olie- of acrylverfschilderij produceerde. ,,Ik vermoed dat ik een of andere ziekte onder de leden heb waarbij ik me vooral in me element voel als ik onder tijdsdruk sta. Voor mij is werken ontspanning. Ik zou pas gestresst worden als ik een jaar lang zou mogen werken aan een kunstwerk. Door te werken kom ik op ideeën. Als ik geen deadlines krijg van anderen, stel ik mezelf deadlines.''
 

Tijdens de 24-uurs iPad Performance van Kamagurka is het Stedelijk Museum in Amsterdam open van donderdag 31 maart 12.00 uur tot vrijdag 1 april 12.00 uur. Alle werken zullen dan te zien zijn, voordat ze op vrijdag 12.00 uur in de shredder verdwijnen. Meer informatie op www.stedelijk.nl en www.nationaalglasmuseum.nl
 
De iPadschilderijen over Tokio en Fukushima zijn speciaal voor dit interview vervaardigd door Kamagurka zelve.

zondag 13 maart 2011

Herman Brusselmans kruipt uit zijn dalletje

Brusselmans1

In Herman Brusselmans' nieuwe roman Van drie tot zes wil het niet bepaald vlotten met de liefde van hoofdpersonage Willem Zundap. Het boek is een weerslag van de moeilijke periode die de Vlaamse schrijver doormaakte.



Herman Brusselmans heeft zijn leven weer een beetje op de rails

 

Geen tijd voor een burn-out


DOOR MARK ROOS
Het was in 2009 dat schrijver Herman Brusselmans (53) bekendmaakte dat hij even helemaal genoeg had van het schrijverschap en dat hij toe was aan een time-out. Nu, krap twee jaar en twee romans later, denkt de zelfbenoemde mooie, jonge oppergod van de Vlaamse letteren daar veel genuanceerder over. ,,Van het schrijven zal ik nooit genoeg krijgen. Het ging en gaat mij om al het gedoe eromheen. Al die dilemma's en die keuzes die ik moest maken: ik werd er gek van. Moet ik dat interview met het AD nu wel of niet doen? Moet ik nu wel of niet bij Pauw en Witteman gaan zitten? En waar moet ik het dan over hebben? Moet ik dan weer beginnen over de kunst van het beffen? Moet ik dan weer naast zo'n nitwit als Georgina Verbaan gaan zitten die nog nooit een boek heeft gelezen?''
Brusselmans3 In zijn loft in de oude binnenstad van Gent vertelt Brusselmans - ,,Laten we vandaag eens geen flikkers, moslims en vrouwen beledigen'' - dat hij een rottijd achter de rug heeft. Zo had hij meer dan ooit last van negatieve, pessimistische en neerslachtige buien. Daarnaast besloot Tania De Metsenaere, al 18 jaar zijn grote liefde, begin dit jaar op zichzelf te gaan wonen; iets wat breed werd uitgemeten in de Vlaamse pers.
De tegenslagen vinden zijn weerslag in de deze week verschenen roman Van drie tot zes, dat het verhaal vertelt van Willem Zundap, een schrijver/radiomaker die niet bepaald positief staat tegenover zijn droomvrouw en de liefde. Brusselmans: ,,Ik gebruik de werkelijkheid en vervlecht dat in mijn boeken. Enerzijds schrijf ik fictie, anderzijds kan ik ook opeens gebruikmaken van mijn gedachten over mijn gevoelsleven, Jeroen Krabbé, de situatie in Egypte of de laatste hit van Lady Gaga. Ik schrijf geen science-fiction, maar het is ook weer niet zo dat ik mijn dagboeken openbaar.''
De geruchten dat Brusselmans de laatste jaren is opgelopen tegen een flinke burn-out, verwijst hij naar het spreekwoordelijke rijk der fabelen. ,,Ik heb echt wel mindere periodes gekend en klappen op mijn hoofd gehad. Dat ik niet van die bank af wilde komen, dat ik me moest slepen naar een interview of een optreden in Scheveningen. Er kan een moment komen dat het echt niet meer kan, maar ik heb die klap van de hamer nooit gehad. Er moet ook wel heel wat gebeuren voordat ik zeg dat het niet meer gaat. Wellicht heeft dat met mijn opvoeding te maken: we hadden thuis gewoon geen tijd voor een burn-out. Ik ben opgevoed met de gedachte 'geen bullshit'. Ben je verkouden? Niets mee te maken, je bed uit! Ik ben 14, 15 jaar kapot geweest van de angstaanvallen, maar ik ben altijd mijn bed uitgekomen en ben altijd doorgegaan met schrijven. Ik heb nooit geschreeuwd dat ik zielig was of een meelijwekkend sukkeltje was dat aandacht verdiende.''
Brusselmans2 Terwijl Brusselmans praat, luistert hond Eddie met een kluif van buffelhuid binnen pootbereik. De schrijver oogt vandaag de dag wat sombertjes. Hij lacht weinig, en maakt zich voortdurend sappel om de meest uiteenlopende zaken, variërend van het belabberde niveau van standup comedy tot de onderwaardering van Gerard Reve. Tussen zijn kritische betogen door, rookt hij sigaret na sigaret en blaast hij de rookwolken door de kamer richting het immense drumstel in dehoek. Brusselmans drumt er niet meer op, want Eddie raakt er overspannen van.
Met de nodige passie vertelt de Gentenaar over zijn voorliefde voor de Nederlandse cultuur, Nederlandse televisie, Nederlandse films en Bekende Nederlanders. ,,De schrijvers die ik leerde kennen rond mijn 18de waren allemaal Nederlanders: Gerard Reve, Jan Cremer, Remco Campert, Johnny van Doorn, Jules Deelder. En 90 procent van mijn optredens zijn in Nederland.'' Ook zijn muzen bevinden zich grotendeels hier. ,,Enkele jaren terug was ik in de ban van Yolanthe Cabau. Die was toen nog met Jan Smit, maar ik beweerde dat ze daar snel mee klaar zou zijn omdat ze toe was aan een hoger niveau, namelijk een affaire met mij. Maar met Wesley Sneijder heeft ze het niveau nog zeven trappen verlaagd. Dus Yolanthe heeft afgedaan, dus nu richt ik mijn pijlen op Carice van Houten. Ik ben lekker aan het slijmen en haar aan het ophemelen. Ik heb nog geen reactie gehad. Eva Jinek heb ik ook een tijd lang bewonderd, maar die is nu met die kleine dikke advocaat, dus daar ben ik ook klaar mee.''
Brusselmans5 Zijn pikante uitspraken en het spel met de werkelijkheid en met humor: ze vormen een rode draad in zijn ruim vijftig romans omspannende oeuvre. Dat zijn humor volgens sommige critici vaak ver over de rand van het betamelijke gaat, maakt de schrijver zowel geliefd als omstreden. ,,Humor gaat vaak ten koste van mensen. We lachen daarom graag om bultenaars of moslims. Ik wil iedereen kunnen sarren en bespotten, en natuurlijk in eerste instantie mezelf. Ik portretteer mezelf graag als schlemiel, als een veehandelaarszoon uit Hamme, waar nooit een boek in huis was, maar die wel uitgroeide tot het grootste literaire genie van Europa. Ik maak graag zo'n soort draai. In het ene hoofdstuk kan ik mezelf afschilderen als de beste, om dat in het volgende hoofdstuk weer te ontkrachten.'' Brusselmans denkt dat de waarheid ergens in het midden ligt. ,, Ik zeg altijd dat ik in de top van de tweede klasse speel. In de eerste klasse spelen Saul Bellow, een absolute held van me, Joseph Heller en Gerard Reve. Ik speel daar heel verdienstelijk een klasse onder, met een peletonnetje met Arnon Grunberg en Ronald Giphart.
,,Ik denk dat ik me ergens halverwege de lagere en hogere cultuur beweeg. Ik heb redelijk wat van T.S. Eliot gelezen, maar ik luister ook naar Lady Gaga. Sommige zelfbenoemde literatuurkenners kunnen die combinatie moeilijk rijmen. Deze week kreeg ik een recensie in het ernstige dagblad De Standaard. 'Als je niet zou weten dat dit van Herman Brusselmans was, zou het in aanmerking kunnen komen voor een literaire prijs.' Dat zegt alles. Waarom mag niemand weten dat ik dat boek heb geschreven? Waarom zou een goed boek van mij geen literaire prijs mogen krijgen? Misschien Zoals ik me ook geen één komische film kan herinneren die een Oscar heeft gewonnen.''
Brusselmans stelt dat critici vinden dat literatuur richting de diepte van de mens zou moeten gaan. ,,Maar de meeste mensen hebben helemaal geen diepte. Die willen eten als ze honger hebben, neuken als ze geil zijn, willen een mooie auto en een mooi huis. Ik hou niet van schrijvers die koketteren met thema's uit andere culturen, ik vind dat tweedehands. Zo'n David van Reybrouck: ik vind het helemaal niks. Meneer is in een half jaar Congo doorgesjeesd op toeristische wijze, noemt zichzelf nu Congokenner en schrijft daar een vuistdik boek over. Ik heb het getracht te lezen, maar ben afgehaakt: wat een krakkemikkig, ongeloofwaardig proza. Als Jeroen Brouwers schrijft over Jappenkampen, geloof ik het wel, want hij heeft er echt ingezeten. En als Marga Minco schrijft over de Jodenvervolging geloof ik het ook, want ze is zelf vervolgd. Maar van die flikkers als Arthur Japin, die elke keer weer bestsellers schrijven over exotische thema's: ik kom er niet doorheen.''
Brusselmans4 Brusselmans zegt te doen wat hij goed kan. De kritiek dat zijn oeuvre soms wat eenvormig is, legt hij dan ook met liefde naast zich neer.,, Ik heb alles geprobeerd. Ik heb zelfs een roman geschreven over gelukkige mensen. En een roman over de Tweede Wereldoorlog, maar ik blijk dus, net als alle andere mensen, een one trick pony. Ik beheers maar één trucje. Ik vind het al een prestatie als je van dat trucje een compleet eigen trucje weet te maken. Reve heeft ook honderd keer dezelfde grappen en virtuoze zinsconstructie opgeschreven. De kritiek is dan dat hij zich herhaalt, maar ik zie het als belangrijke stijlelementen die getuigen van vakmanschap.''
,,Weet je, ik ben die discussies allemaal zat,'' verzucht hij. ,,Al die media met hun meninkjes over wat goed is en wat niet. Ik ga niet de benen uit mijn kont lopen om in de belangstelling te komen. Ik weiger te gaan schrijven om betere verkoopcijfers of waardering te krijgen of in De Wereld Draait Door te komen. Ik schrijf gewoon boekjes en als mijn uitgever dat uit wil geven, prima. Voor de rest: fuck it.''
Herman Brusselmans Van drie tot zes (Prometheus, €17,95) ligt nu in de winkels.

dinsdag 8 maart 2011

De minder bekende kanten van romanticus Jeff Rademakers

RademakersdoorFransvanderBeek2

Voormalige tv-producent in de ban van poëzie en schilderkunst


Jef Rademakers is op en top romanticus


DOOR MARK ROOS

Het had weinig gescheeld of Jef Rademakers (61) was een tweede Joop van den Ende of John de Mol geweest. Maar twintig jaar geleden had de toenmalige producent van programma's als de Pin Up Club en Klasgenoten helemaal genoeg van de televisiewereld. ,,Aan Klasgenoten-presentator Koos Postema biechtte ik dat op,'' herinnert Rademakers zich. ,,Die geloofde me eerst niet. Maar ik wilde me bezighouden met zaken waar het in mijn hart over gaat: kunst, literatuur, poëzie. Koos zei nog:' Kom op Jef, doe niet zo romantisch!'
RC001 DeLoose 'Dorpsfeest' doek 85x105cm Postema sloeg werkelijk de spijker op zijn kop, want de romantiek zou een groot deel van het leven van Rademakers gaan bepalen. Vandaag de dag bezit Rademakers meer dan honderd schilderijen uit de periode uit de kunstgeschiedenis die met romantiek wordt aangeduid. De collectie bevat landschappen, interieurzichten, stillevens en portretten met werk van B.C. Koekoek, Basile de Loose, Andreas Schelfhout en Jacob Abels. ,,Toen ik stopte met het televisiewerk had ik heel veel geld en heel veel tijd. Ik ben me volledig gaan concentreren op het verzamelen van kunstwerken uit de romantische periode. Het begon als hobby, werd al snel een passie en is nu een regelrechte verslaving. Een gevaarlijke verslaving, want ik ben in staat om mijn financiële zekerheid op het spel te zetten voor één schilderij.''
Toen hij tijdens een expositie met werk van de romantische kunstenaar Caspar David Friedrich in de Hermitage met wat Russen in contact kwam, bleken die zeer geïnteresseerd in zijn collectie. Rademakers: ,,Ze vroegen me of ik 70 schilderijen wilde selecteren voor een expositie in de Hermitage in St Petersburg.'' En zo geschiedde. Er werden talloze formulieren en contracten ingevuld en ondertekend, er stopte een vrachtwagen voor de deur, de muren van het huis in het Belgische Brasschaat werd grotendeels leeggehaald en de kunstwerken vertrokken noordoostwaarts. Rademakers zelf reisde 3000 kilometer achter zijn schilderijen aan met programmamaker Derk Bolt en journalist Frans van der Beek, van wie het verslag van deze tocht - Een romantische reis - binnenkort in boekvorm verschijnt.
RC030 J.Klombeck Eug.Verboeckhoven 'Winterlandschap met paard' doek 94x129cm Op de expositie in St Petersburg kwamen 100.000 bezoekers af. Nog nooit trok een expositie over romantische schilderkunst zo veel bezoekers als in de Hermitage. De komende jaren gaat de collectie op reis, te beginnen in Den Haag. Daarna volgen Kleef, Helsinki en Leuven. Rademakers: ,,Ik vrees dat ik die schilderijen kwijt ben, dat ze een eigen leven gaan leiden. Of dat erg is? Ik vergelijk het met mijn drie dochters. Het is verschrikkelijk dat ze het huis uit zijn, maar ze moeten toch ooit eens op eigen benen staan.''
Waarom Rademakers een bijna ongezonde voorliefde voor de romantiek heeft ontwikkeld, is voor hem zo klaar als een klontje. ,,Ik ben iemand die het hart laat prevaleren boven de ratio. Dat is typisch iets van de romantiek. Voor de romantiek was er de verlichting, waarin het verstand regeerde. De natuur werd gezien als iets praktisch, met in de wei biefstukken op pootjes en daarachter bomen vol eetbaar fruit. In de romantiek - zo rond 1770, 1780 - kwam er respect voor alles wat groeit en bloeit. En het verstandshuwelijk werd vervangen door echte liefde. We gingen opeens ook op een vertederende manier naar kinderen kijken in plaats van dat we neukten voor onze pensioensvoorziening.''
RademakersdoorDerkBolt De huidige, nogal stereotiepe clichés die we kennen van romantiek - het kaarslicht en de  zonsondergang  - hebben alles te maken met de kunsthistorische periode. Rademakers: ,,Ik denk dat ik in alle opzichten romantisch ben. Ik prefereer het verleden bijvoorbeeld boven het heden. Ik zie de toekomst als een eng, akelig en unheimisch donker gat. Het enige waar je echt greep op kunt hebben is het verleden. Dat is typisch romantisch. Daarnaast ben ik ook nog romantisch aangelegd in de sentimentele zin van het woord. Ik kan twee dozen Kleenex wegsnotteren tijdens de Sound Of Music en minimaal één doos tijdens een romantische komedie met Hugh Grant. Vorige week was ik bij die film The King's Speech. Ook daar hield ik het het laatste kwartier niet droog.''
Met al die aandacht voor zijn kunstcollectie, zou je bijna vergeten dat Rademakers ook dichter is. Binnenkort verschijnt Voorgoed Voorbij, zijn eerste dichtbundel in dertien jaar. ,,Voor mij is schrijven afrekenen met de vergankelijkheid,'' zegt Rademakers. ,,Ik schep er genoegen in om met mijn gedichten mensen op het verkeerde been te zetten. Gelukkig kan ik er zelf de onzin wel van inzien: ik vind mezelf soms ook vrij bespottelijk.''

Een Romantische Reis van Frans van de Beek (Pharos, €21,90) ligt vanaf 11 maart in de winkels.
De expositie Een romantische kijk met de 70 schilderijen van Jef Rademakers is vanaf 26 maart te zien in het Gemeentemuseum in Den Haag.
Jef Rademakers dichtbundel Voorgoed Voorbij (Aspekt, €12,50) ligt in de winkels.

maandag 7 maart 2011

Nico Dijkshoorn poetst zijn blazoen op

Nico Dijkshoorn1


Bundel Kleine Dingen is opmaat voor serieuze roman

Nico Dijkshoorn wil graag kwetsbaar zijn

DOOR MARK ROOS

In zijn nieuwe boek Kleine Dingen laat Nico Dijkshoorn zich van zijn milde kant zien. Dit keer geen venijnige spotdichten, maar positief gestemde schetsen, poëzie en observaties. Wat de columnist/dichter/performer betreft is dit slechts het begin van de nieuwe Nico Dijkshoorn. ,,Ik wil ook verhalen schrijven die ontroeren.''

Vorige week was Nico Dijkshoorn te gast op een Amnesty International-avond. De organisatie had hem gevraagd wat toepasselijke gedichten en verhalen voor te dragen uit eigen werk. ,,Ik begon daar met het gedicht Nelson Mandela over Ruud Gullit,'' zegt Dijkshoorn. ,,'Als ik had geweten dat Gullit me stond op te wachten, was ik nog twintig jaar langer blijven zitten op Robbeneiland.' Die viel echt als een steen.''
Nico Dijkshoorn3 Dijkshoorn (50) verblikt of verbloost niet als hij de anekdote opdist. ,,Ik heb een soort van valsigheid in me,'' bekent hij met glimmende pretogen. ,,Ik ben hier niet om mensen te behagen. Als het allemaal te gezellig wordt, als ik de lach aan mijn kont heb hangen, dan mag ik graag even op de rem trappen. Op de Nacht van de Poëzie in Utrecht merkte ik dat de zaal tijdens mijn optreden steeds enthousiaster werd. Ik vond het toen hoog tijd worden voor het gedicht Bij de crematie van Gretta Duisenberg: 'Wel wat weinig as voor zo'n grote bek'. Je moest die linksige types in de zaal eens zien kijken. Het was toen wel voorbij met de vrolijkheid en het enthousiasme.''
Soms lijkt het wel alsof Nico Dijkshoorn provocateur van beroep is. Zijn blogs voor geenstijl en retecool.com, zijn televisieoptredens voor De Wereld Draait Door en zijn columns voor onder meer nu.nl en Voetbal International hebben hem een reputatie van iemand die geen blad voor de mond neemt. Of het nu gaat om de sterallures van Moke of het vermeende divagedrag van Trijntje Oosterhuis: ze kunnen rekenen op een sneer van Nico Dijkshoorn. ,,Ik word drie keer per week met de dood bedreigd. Dat krijg je ervan als je stukjes schrijft die je zou kunnen zien als één grote, frontale aanval op alles wat leeft. Ik ben heel erg van de harde en open discussie. En ik hou zelfs wel van een beetje fucken. Het is misschien naïef, maar toch ben ik elke keer weer verbaasd over al die scheldpartijen aan mijn adres.''
Nico Dijkshoorn2 Toch vindt Dijkshoorn zijn imago van verbale relschopper wat eendimensionaal. Sterker nog, de beeldvorming zit hem soms wel in de weg. ,,Mijn huidige vriendin heb ik via internet leren kennen. Voor ons eerste afspraakje, ongeveer acht jaar geleden, informeerde ze: als we nu in een café gaan zitten, ga je toch niet luid zitten schreeuwen of zo? Mensen weten niet dat ik eigenlijk best verlegen ben en altijd achteraan sta.'' Ook zijn huidige uitgever Contact had zijn bedenkingen toen schrijver P.F. Thomèse voorstelde Nico Dijkshoorn in te lijven. ,,Bij Contact zagen ze me toch vooral ook als die recalcitrante man uit De Wereld Draait Door die er altijd met gestrekt been ingaat. Dat heeft me wel aan het denken gezet: ik moet maar eens af van dat imago van die gek die voortdurend wild om zich heen slaat.''
Zijn huidige boek Kleine Dingen is een eerste poging om zijn blazoen op te poetsen. ,,Ik wil wel gewoon gek blijven doen, maar ik wil ook verhalen schrijven die eerlijk zijn en ontroeren, waar de lach een keer achterwege blijft en waar geen sprake is van mooischrijverij. In mijn nieuwe bundel staan veel  nostalgische verhalen. Daarbij is het de kunst om aan de goede kant van de grens te blijven en niet van die zwelgende, schijtlollige stukjes te produceren.''
In tegenstelling tot zijn vorige boeken Dijkshoorn en 1000 Gedichten staan in Kleine Dingen bijna geen kritische, beschouwende stukken en gedichten. Het verhaal over zijn oude Afghaanse jas is nostalgisch maar zeker niet zwelgend. Ook de lofzang op Joop Zoetemelk, het verhaal over Lou Reed en het verslag van een dagje op stap met  de Belgische rockster Tom Barman zijn even serieus als indrukwekkend. Dijkshoorn: ,,Ik bewonder die drive, die eigenzinnigheid, die echtheid, die adhd-achtige verbetenheid van dat soort mensen. Het klinkt misschien pathetisch - alsof ik dat zou kunnen beoordelen - maar in feite komt veel van wat ik doe voort uit een soort kruistocht voor echtheid en oprechtheid. Dat is de meetlat waarlangs ik het leven beschouw.''
Nico Dijkshoorn4 Als het aan Dijkshoorn ligt, trekt hij zijn nieuwe koers door richting zijn volgend jaar te verschijnen roman. ,,Dat wordt één jaar peentjes zweten. Ik wil een eerlijk boek schrijven, waarin mijn ouders en ikzelf figureren. Ik zit nu echt in een fase dat ik mijn vroegere leven beschouw. Ik probeer weer voor de geest te halen wat voor gezin wij vroeger waren. Ik denk dat het komt omdat ik zelf kinderen heb en nu beslissingen moet nemen die mijn ouders ooit moesten nemen. Ik probeer die herinneringen aan mijn tijd als jeugdige loner weer tot leven te wekken.
,,Ik kom uit een arbeidersgezin, dus waar die liefde voor de letteren vandaan komt? Geen idee. Op de een of andere manier was iemand die al op zijn 14de Tolstoi las op het strand. Ik was een bezeten lezer. Ik heb in de loop der jaren een voorliefde ontwikkeld voor schrijvers met een eigen geluid. Ik hou ervan dat als je iets leest je er een stem bij hoort. Dat geldt voor Jules Deelder, Gerard Reve en Johnny van Doorn. En ik denk dat dat bij mij ook zo is. Daarnaast hou ik heel erg van bekentenisliteratuur. Reve was daar een meester in. Het was natuurlijk een verschrikkelijke man, een onhandelbare mafkees. Maar wel verschrikkelijk fascinerend. En in prachtige boeken als De Avonden en Op weg naar het einde valt er nog wat te lachen ook. Geen vrijblijvende lach, maar een lach die gebouwd is op een hele berg ellende: daar heb ik wel wat mee.''
Kleine Dingen (Contact, €17,95) van Nico Dijkshoorn ligt vanaf vandaag in de winkels

vrijdag 4 maart 2011

Wim T. Schippers blijft onnavolgbaar

Wimtschippers

Aan een boom vraag je toch ook niet waarom?

700 liter Calvé-pindakaas in

kunstwerk Wim T. Schippers 


DOOR MARK ROOS
Al bij de garderobe van museum Boijmans van Beuningen ruik je de penetrante geur van pinda's. In een van de expositieruimtes legt Wim T. Schippers aan een willekeurige toehoorder uit dat een pinda weliswaar aardnoot heet, maar een peulvrucht is, en geen noot. De kunstenaar/presentator/programmamaker is in het museum om de laatste hand te leggen aan zijn pindakaasvloer. Bouwvakkers zijn in de weer met 700 liter pindakaas om de vloer van 4 bij 14 meter te voltooien.
Sjarel ex Boijmans kocht het uit 1962 stammende concept voor de pindakaasvloer begin januari aan. Hoeveel ervoor betaald is, willen zowel Schippers als museumdirecteur Sjarel Ex niet verklappen. ,,Maar reken maar dat het een markconforme prijs betreft,''ginnegapt de kunstenaar.
Vanaf komende zaterdag is de Pindakaasvloer te bewonderen. Met de vloer worden nog twee werken van Schippers geëxposeerd in Boijmans: Eggs (een wandtapijt met groene eieren) en 't Is me wat (een steen die dankzij magnetische velden boven zijn sokkel zweeft). Het laatste kunstwerk werd in allerijl overgevlogen uit Shanghai, waar het door 8 miljoen Chinezen is bewonderd tijdens de Wereldtentoonstelling.
Pindakaasvloer1Toen in januari bekend werd dat het Rotterdamse museum de Pindavloer had aangeschaft, brak een storm aan reacties los. Ex: ,,Sommige mensen boden een jamvloer aan , anderen stelden voor om de subsidie voor ons museum in te trekken. Je ziet dat dit werk nogal wat teweeg brengt.'' Schippers: ,,Als mensen mij vragen waarom, antwoord ik altijd: interessante vraag. Als ze mij vragen 'is dit nu kunst?', antwoord ik 'heeft u mij dat horen zeggen?'. Ik word soms wel eens moe van dat gevraag naar het waarom. Aan een boom vraag je toch ook niet waarom? Die is er gewoon.''
Op verzoek doet Schippers toch nog maar weer een poging om de pindakaasvloer te duiden. ,,Deze vloer roept vragen op die moeilijk zijn te beantwoorden. Dat doet kunst ook, dus in die zin is het wel kunst. Aan de andere kant wil ik best toegeven dat het lekker kinderachtig is om zoiets als dit te verzinnen. En het is ook nog eens om te lachen, dus wat wil je nog meer?''
Veel reactie die bij het museum zijn binnengekomen vallen in de categorie 'dat kan ik ook!'. Schippers: ,,Iedereen kan pindakaas op de vloer smeren, maar daarmee heb je nog geen echte Wim T. Schippers. Zo kan iedereen iets Van Gogh-achtigs schilderen, maar daarmee wordt het nog geen Van Gogh.''
Wimtschippers2 De Pindakaasvloer is in het verleden in meerdere uitvoeringen uitgevoerd. Klein, groot, vierkant, rechthoekig, met of zonder stukjes noot: als eigenaar van het concept mag Boijmans de vloer uitvoeren zoals het wil. Schippers: ,,Vergelijk het maar met een muziekstuk. Ik ben de componist en geef het wat betreft de uitvoering uit handen. Ik wil alleen liever niet dat ze mooie patronen en vormen in de pindakaas aanbrengen.''
Opeens loopt Schippers naar een hoek van het pindakaaskunstwerk. ,,Kijk, dit hoekje wordt niet afgewerkt, zodat het lijkt alsof er net niet genoeg pindakaas was om de hele vloer te leggen. Grappig, hè?''
In 1997, tijdens een grote Wim T. Schippersexpositie in het Utrechtse Centraal Museum, werd de vloer gebruikt als glijbaan, werd ervan geproefd en werd er hagelslag over gestrooid. Sjarel Ex waarschuwt met strenge blik dat dat soort taferelen ongewenst is. Schippers: ,, De mens is een rationaal wezen dat zijn behoeftes kan controleren, behalve natuurlijk als hij hoog nodig letterlijk zijn behoefte moet doen. Maar merk wel op dat we hier in een museum zijn. Je gaat toch ook niet naar het Rijksmuseum om een hap te nemen uit een werk van Breitner? Er zijn heel veel dingen waartoe je wordt verleid maar die je beter niet kunt doen. Zo is het heel verleidelijk om je vingers in een stopcontact te steken. En het is een heel slecht idee om onder water op een dure Steinway-vleugel te spelen.''
Vlak voordat hij de ruimte uitbeent, vertelt Schippers over zijn nieuwste project. ,,Ik ben nu bezig met een toneelstuk zonder verhaal. Het zal interessant en spannend worden, en de tijd zal voorbijvliegen, maar het is ook een stuk waar zelf helemaal niks van begrijp.''

Drie werken van Wim T. Schippers zijn vanaf de Rotterdamse Museumnacht zaterdag te zien in museum Boijmans Van Beuningen. www.boijmans.nl