In Herman Brusselmans' nieuwe roman Van drie tot zes wil het niet bepaald vlotten met de liefde van hoofdpersonage Willem Zundap. Het boek is een weerslag van de moeilijke periode die de Vlaamse schrijver doormaakte.
Herman Brusselmans heeft zijn leven weer een beetje op de rails
Geen tijd voor een burn-out
DOOR MARK ROOS
Het was in 2009 dat schrijver Herman Brusselmans (53) bekendmaakte dat hij even helemaal genoeg had van het schrijverschap en dat hij toe was aan een time-out. Nu, krap twee jaar en twee romans later, denkt de zelfbenoemde mooie, jonge oppergod van de Vlaamse letteren daar veel genuanceerder over. ,,Van het schrijven zal ik nooit genoeg krijgen. Het ging en gaat mij om al het gedoe eromheen. Al die dilemma's en die keuzes die ik moest maken: ik werd er gek van. Moet ik dat interview met het AD nu wel of niet doen? Moet ik nu wel of niet bij Pauw en Witteman gaan zitten? En waar moet ik het dan over hebben? Moet ik dan weer beginnen over de kunst van het beffen? Moet ik dan weer naast zo'n nitwit als Georgina Verbaan gaan zitten die nog nooit een boek heeft gelezen?''
De tegenslagen vinden zijn weerslag in de deze week verschenen roman Van drie tot zes, dat het verhaal vertelt van Willem Zundap, een schrijver/radiomaker die niet bepaald positief staat tegenover zijn droomvrouw en de liefde. Brusselmans: ,,Ik gebruik de werkelijkheid en vervlecht dat in mijn boeken. Enerzijds schrijf ik fictie, anderzijds kan ik ook opeens gebruikmaken van mijn gedachten over mijn gevoelsleven, Jeroen Krabbé, de situatie in Egypte of de laatste hit van Lady Gaga. Ik schrijf geen science-fiction, maar het is ook weer niet zo dat ik mijn dagboeken openbaar.''
De geruchten dat Brusselmans de laatste jaren is opgelopen tegen een flinke burn-out, verwijst hij naar het spreekwoordelijke rijk der fabelen. ,,Ik heb echt wel mindere periodes gekend en klappen op mijn hoofd gehad. Dat ik niet van die bank af wilde komen, dat ik me moest slepen naar een interview of een optreden in Scheveningen. Er kan een moment komen dat het echt niet meer kan, maar ik heb die klap van de hamer nooit gehad. Er moet ook wel heel wat gebeuren voordat ik zeg dat het niet meer gaat. Wellicht heeft dat met mijn opvoeding te maken: we hadden thuis gewoon geen tijd voor een burn-out. Ik ben opgevoed met de gedachte 'geen bullshit'. Ben je verkouden? Niets mee te maken, je bed uit! Ik ben 14, 15 jaar kapot geweest van de angstaanvallen, maar ik ben altijd mijn bed uitgekomen en ben altijd doorgegaan met schrijven. Ik heb nooit geschreeuwd dat ik zielig was of een meelijwekkend sukkeltje was dat aandacht verdiende.''
Met de nodige passie vertelt de Gentenaar over zijn voorliefde voor de Nederlandse cultuur, Nederlandse televisie, Nederlandse films en Bekende Nederlanders. ,,De schrijvers die ik leerde kennen rond mijn 18de waren allemaal Nederlanders: Gerard Reve, Jan Cremer, Remco Campert, Johnny van Doorn, Jules Deelder. En 90 procent van mijn optredens zijn in Nederland.'' Ook zijn muzen bevinden zich grotendeels hier. ,,Enkele jaren terug was ik in de ban van Yolanthe Cabau. Die was toen nog met Jan Smit, maar ik beweerde dat ze daar snel mee klaar zou zijn omdat ze toe was aan een hoger niveau, namelijk een affaire met mij. Maar met Wesley Sneijder heeft ze het niveau nog zeven trappen verlaagd. Dus Yolanthe heeft afgedaan, dus nu richt ik mijn pijlen op Carice van Houten. Ik ben lekker aan het slijmen en haar aan het ophemelen. Ik heb nog geen reactie gehad. Eva Jinek heb ik ook een tijd lang bewonderd, maar die is nu met die kleine dikke advocaat, dus daar ben ik ook klaar mee.''
,,Ik denk dat ik me ergens halverwege de lagere en hogere cultuur beweeg. Ik heb redelijk wat van T.S. Eliot gelezen, maar ik luister ook naar Lady Gaga. Sommige zelfbenoemde literatuurkenners kunnen die combinatie moeilijk rijmen. Deze week kreeg ik een recensie in het ernstige dagblad De Standaard. 'Als je niet zou weten dat dit van Herman Brusselmans was, zou het in aanmerking kunnen komen voor een literaire prijs.' Dat zegt alles. Waarom mag niemand weten dat ik dat boek heb geschreven? Waarom zou een goed boek van mij geen literaire prijs mogen krijgen? Misschien Zoals ik me ook geen één komische film kan herinneren die een Oscar heeft gewonnen.''
Brusselmans stelt dat critici vinden dat literatuur richting de diepte van de mens zou moeten gaan. ,,Maar de meeste mensen hebben helemaal geen diepte. Die willen eten als ze honger hebben, neuken als ze geil zijn, willen een mooie auto en een mooi huis. Ik hou niet van schrijvers die koketteren met thema's uit andere culturen, ik vind dat tweedehands. Zo'n David van Reybrouck: ik vind het helemaal niks. Meneer is in een half jaar Congo doorgesjeesd op toeristische wijze, noemt zichzelf nu Congokenner en schrijft daar een vuistdik boek over. Ik heb het getracht te lezen, maar ben afgehaakt: wat een krakkemikkig, ongeloofwaardig proza. Als Jeroen Brouwers schrijft over Jappenkampen, geloof ik het wel, want hij heeft er echt ingezeten. En als Marga Minco schrijft over de Jodenvervolging geloof ik het ook, want ze is zelf vervolgd. Maar van die flikkers als Arthur Japin, die elke keer weer bestsellers schrijven over exotische thema's: ik kom er niet doorheen.''
,,Weet je, ik ben die discussies allemaal zat,'' verzucht hij. ,,Al die media met hun meninkjes over wat goed is en wat niet. Ik ga niet de benen uit mijn kont lopen om in de belangstelling te komen. Ik weiger te gaan schrijven om betere verkoopcijfers of waardering te krijgen of in De Wereld Draait Door te komen. Ik schrijf gewoon boekjes en als mijn uitgever dat uit wil geven, prima. Voor de rest: fuck it.''
Herman Brusselmans Van drie tot zes (Prometheus, €17,95) ligt nu in de winkels.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten